Hidden violence is a silent rape: prevention of sexual & gender-based violence against refugees & asylum seekers in Europe: a participatory approach report

From the arrival on European territory onwards, young female and male refugees, asylum seekers and undocumented migrants are extremely vulnerable to several types of gender-based violence. This results from the "Hidden Violence is a Silent Rape" Study. This book describes extensively all phases and actions in the project undertaken. We introduce the project, its aims, methods and beneficiaries in Chapter 1 with an overview of the different actions. In Chapter 2 , the results of the Community Based Participatory Research are reported. Chapter 3 and 4 reflect the proceedings and recommendations fo the Hidden Violence is a Silent Rape Seminar

Wat zijn of waren de kopersmotieven van de bewoners in de wijk “De Kersentuin” te Utrecht?

Het onderzoek is gedaan om een overzicht te creëren van de kopersmotieven van de bewoners in deduurzame wijk De Kersentuin. Er is onderzoek gedaan naar de kopersmotieven van de bewoners vanDe Kersentuin om deze later te vergelijken met soortgelijke duurzame projecten in Noordwolde enLeusden. Het is belangrijk om te weten waarom mensen in deze duurzame wijken gaan wonen, omdater dan rekening gehouden kan worden met de inrichting en het bouwen van nieuwe wijken. Deopdrachtgever heeft aangegeven dat zij ten behoeve van haar onderzoek informatie nodig heeft overde kopersmotieven van vastgoed in de Kersentuin te Utrecht. Naar aanleiding van deze behoefte heeftResearch&Co de volgende probleemstelling vastgesteld:Wat zijn of waren de kopersmotieven van de bewoners in de wijk “De Kersentuin” te Utrecht?Onderzoeksmethode & SteekproefBij het onderzoek is gebruik gemaakt van een kwalitatief onderzoek in combinatie met kwantitatiefonderzoek. Informatie is op verschillende manieren vanuit de praktijk verkregen. Zo zijn er schriftelijkeenquêtes in de wijk verspreid waaruit wij de meeste resultaten hebben verschaft. De populatie van ons onderzoek bestond uit alle bewoners van koopwoningen in De Kersentuin. De mogelijkheidbestond om de gehele populatie van 66 koopwoningen te enquêteren; uiteindelijk is dit uitgekomenop 70%, waar naar onze mening een zeer betrouwbaar resultaat uit voort is gekomen.Resultaten & Belangrijkste conclusies en aanbevelingen1De bewoners van de Kersentuin hebben gemiddeld een hoge leeftijd in verhouding met andere wijken.Er kan geconcludeerd worden dat een bepaalde soort gemiddeld inkomen in de wijk geenkopersmotief inhoudt. De bewoners van de Kersentuin hebben een zeer hoog opleidingsniveau. Opmerkelijk is dat vooral sociale duurzaamheid door bijna 80% van de bewoners als hoofdreden voorwonen in de Kersentuin wordt aangemerkt. Bewust leven wordt als voornaamste kopersmotiefaangemerkt voor het wonen in een duurzame wijk. Het technische duurzame aspect gaf vaak geendoorslaggevend kopersmotief. Wel is betrokkenheid bij de ontwikkeling van de wijk als kopersmotiefvastgesteld. Bewoners zijn van plan om nog lang in de wijk te blijven wonen. Aanbevolen wordt om bijnieuwe duurzame wijken de toekomstige bewoner centraal te stellen. De huidige duurzame wijken zijnvaak ontwikkeld op basis van het technisch duurzame aspect. Dit terwijl andere facetten zoals socialeenecologische duurzaamheid en betrokkenheid bij de ontwikkeling van de wijk als voornaamstekopersmotieven kunnen gelden.Studentenonderzoek in het kader van het thema Duurzaam bouwe

Exploring views on medical care for people with intellectual disabilities: an international concept mapping study

Contains fulltext : 253060.pdf (Publisher’s version ) (Open Access

Biomarkers for the prediction of acute kidney injury: A narrative review on current status and future challenges

Acute kidney injury (AKI) is strongly associated with increased morbidity and mortality in critically ill patients. Efforts to change its clinical course have failed because clinically available therapeutic measures are currently lacking, and early detection is impossible with serum creatinine (SCr). The demand for earlier markers has prompted the discovery of several candidates to serve this purpose. In this paper, we review available biomarker studies on the early predictive performance in developing AKI in adult critically ill patients. We make an effort to present the results from the perspective of possible clinical utility

Urinary Neutrophil Gelatinase-Associated Lipocalin Measured on Admission to the Intensive Care Unit Accurately Discriminates between Sustained and Transient Acute Kidney Injury in Adult Critically Ill Patients

Background: First we aimed to evaluate the ability of neutrophil gelatinase-associated lipocalin (NGAL) and cystatin-C (CyC) in plasma and urine to discriminate between sustained, transient and absent acute kidney injury (AKI), and second to evaluate their predictive performance for sustained AKI in adult intensive care unit (ICU) patients. Methods: A prospective cohort study of 700 patients was studied. Sample collection was performed over 8 time points starting on admission. Results: After exclusion 510 patients remained for the analysis. All biomarkers showed significant differentiation between sustained and no AKI at all time points (p ≤ 0.0002) except for urine CyC (uCyC) on admission (p = 0.06). Urine NGAL (uNGAL) was the only biomarker significantly differentiating sustained from transient AKI on ICU admission (p = 0.02). Individually, uNGAL performed better than the other biomarkers (area under the curves, AUC = 0.80, 95% confidence interval, CI = 0.72–0.88) for the prediction of sustained AKI. The combination with plasma NGAL (pNGAL) showed a nonsignificant improvement (AUC = 0.83, 95% CI = 0.75–0.91). The combination of individual markers with a model of clinical characteristics (MDRD eGFR, HCO3– and sepsis) did not improve its performance significantly. However, the integrated discrimination improvement showed significant improvement when uNGAL was added (p = 0.04). Conclusions: uNGAL measured on ICU admission differentiates patients with sustained AKI from transient or no-AKI patients. Combining biomarkers such as pNGAL, uNGAL and plasma CyC with clinical characteristics adds some value to the predictive model

Human AdV-20-42-42, a promising novel adenoviral vector for gene therapy and vaccine product development

Preexisting immune responses toward adenoviral vectors limit the use of a vector based on particular serotypes and its clinical applicability for gene therapy and/or vaccination. Therefore, there is a significant interest in vectorizing novel adenoviral types that have low seroprevalence in the human population. Here, we describe the discovery and vectorization of a chimeric human adenovirus, which we call HAdV-20-42-42. Full-genome sequencing revealed that this virus is closely related to human serotype 42, except for the penton base, which is derived from serotype 20. The HAdV-20-42-42 vector could be propagated stably to high titers on existing E1-complementing packaging cell lines. Receptor-binding studies revealed that the vector utilized both CAR and CD46 as receptors for cell entry. Furthermore, the HAdV-20-42-42 vector was potent in transducing human and murine cardiovascular cells and tissues, irrespective of the presence of blood coagulation factor X. In vivo characterizations demonstrate that when delivered intravenously (i.v.) in mice, HAdV-20-42-42 mainly targeted the lungs, liver, and spleen and triggered robust inflammatory immune responses. Finally, we demonstrate that potent T-cell responses against vector-delivered antigens could be induced upon intramuscular vaccination in mice. In summary, from the data obtained we conclude that HAdV-20-42-42 provides a valuable addition to the portfolio of adenoviral vectors available to develop efficacious products in the fields of gene therapy and vaccination

Daily transformational leadership and employee job crafting

Transformational leaders are expected to challenge their followers to take greater ownership of their work, allowing the leader to align followers with tasks that enhance their performance. In the present study, we hypothe

Gut-derived bacterial flagellin induces beta-cell inflammation and dysfunction

Hyperglycemia and type 2 diabetes (T2D) are caused by failure of pancreatic beta cells. The role of the gut microbiota in T2D has been studied, but causal links remain enigmatic. Obese individuals with or without T2D were included from two independent Dutch cohorts. Human data were translated in vitro and in vivo by using pancreatic islets from C57BL6/J mice and by injecting flagellin into obese mice. Flagellin is part of the bacterial locomotor appendage flagellum, present in gut bacteria including Enterobacteriaceae, which we show to be more abundant in the gut of individuals with T2D. Subsequently, flagellin induces a pro-inflammatory response in pancreatic islets mediated by the Toll-like receptor (TLR)-5 expressed on resident islet macrophages. This inflammatory response is associated with beta-cell dysfunction, characterized by reduced insulin gene expression, impaired proinsulin processing and stress-induced insulin hypersecretion in vitro and in vivo in mice. We postulate that increased systemically disseminated flagellin in T2D is a contributing factor to beta-cell failure in time and represents a novel therapeutic target.Peer reviewe

Intestinal Ralstonia pickettii augments glucose intolerance in obesity

An altered intestinal microbiota composition has been implicated in the pathogenesis of metabolic disease including obesity and type 2 diabetes mellitus (T2DM). Low grade inflammation, potentially initiated by the intestinal microbiota, has been suggested to be a driving force in the development of insulin resistance in obesity. Here, we report that bacterial DNA is present in mesenteric adipose tissue of obese but otherwise healthy human subjects. Pyrosequencing of bacterial 16S rRNA genes revealed that DNA from the Gram-negative species Ralstonia was most prevalent. Interestingly, fecal abundance of Ralstonia pickettii was increased in obese subjects with pre-diabetes and T2DM. To assess if R. pickettii was causally involved in development of obesity and T2DM, we performed a proof-of-concept study in diet-induced obese (DIO) mice. Compared to vehicle-treated control mice, R. pickettii-treated DIO mice had reduced glucose tolerance. In addition, circulating levels of endotoxin were increased in R. pickettii-treated mice. In conclusion, this study suggests that intestinal Ralstonia is increased in obese human subjects with T2DM and reciprocally worsens glucose tolerance in DIO mice.Peer reviewe